Massage heeft verscheidene effecten. Er is geen algemeen antwoord te geven op de vraag wat de effecten van massage precies zijn. Dit heeft te maken met het feit dat elke handgreep die wordt toegepast zijn eigen effecten heeft. Dit staat los van de snelheid, kracht, richting en tijdsduur van de uitvoering. Hieronder zal ik me beperken tot de vier belangrijkste handgrepen:
De effleurage heeft allereerst invloed op de huid, het onderhuids bindweefsel en, afhankelijk van de kracht waarmee de effleurage wordt uitgevoerd, ook invloed op het spierweefsel.
Effecten van effleurage zijn:
Petrissages zijn specifieke handgrepen die bedoeld zijn voor het spierweefsel. Stevige uitgevoerde handgrepen hebben primair uitdroging tot gevolg. Korte, krachtige handgrepen verhogen de doorbloeding en werken stimulerend (voor een wedstrijd uitvoeren). Resultaat is een goed doorbloed spierweefsel die in staat is tot grote arbeidsprestatie.
Fricties zijn op één punt uitgevoerde handgrepen (petrissage). Dit zorgt voor een zeer sterke stimulering van de gefrictioneerde plek. Hierdoor ontstaat er een sterk verhoogde doorbloeding en vooral de vorming van acetylcholine, dat een pijnverminderend effect heeft. Fricties worden voornamelijk toegepast op verhardingen in spieren van myogelosen (gevoelige knobbels welke ontstaan in het samenvoegen van bepaalde spiereiwitten). Myogelosen ontstaan aan de buitenrand en bij de overgangsgebieden van het spierweefsel en peesweefsel.
De belangrijkste oorzaken die kunnen leiden tot myogelosen of pijnlijke verhardingen zijn:
Vibreren kan zowel manueel als mechanisch worden uitgevoerd, waarbij de trillingen zich diep in het weefsel voortzetten. Hiermee worden in eerste instantie de zenuwuiteinden sterk beinvloed, dat een afstompend effect beoogt. In de praktijk wordt vibratie dan ook voornamelijk toegepast om te hoge spierspanningen te verminderen. Vibratie met een hoge frequentie (ca. 50 trillingen per minuut) beperkt een overmatige bloedvulling van een orgaan of lichaamsdeel (hyperaemie).